Pasta met ricotta en geroosterde tomaatjes*

Ingrediënten 

750 gr zoete cherrytomaatjes aan tak

1 citroen

250 gr ricotta (op kamertemperatuur)

25 gr Parmezaanse kaas (geraspt)

300 gr spaghetti

1 teen knoflook (uitgeperst)

3 sneetjes wit (zuurdesem)brood (mag oud zijn!)

1/4 tl chilivlokken

2-3 takjes basilicum

olijfolie

peper en zout

Ricotta ontstond in het Italiaanse platteland als een nevenproduct bij het maken van kazen. De wei, die overblijft na het maken van kaas, werd opnieuw verhit, waardoor de eiwitten erin klonterden en een nieuwe, zachte kaas ontstond. Deze kaas werd "ricotta" genoemd, wat "opnieuw gekookt" betekent in het Italiaans 

Bereiding

Verwarm de oven alvast voor op 160 graden (boven- en onderwarmte) of 140 graden (hetelucht).

Halveer de cherrytomaatjes en leg ze in een ovenschaal of braadslede met de snijkant naar boven. Als je tomaten aan de tak gebruikt, kun je de tak laten zitten, die geeft veel smaak (gooi deze na het bakken weg).Besprenkel de tomaten met wat olijfolie en bestrooi met zout en peper. Rooster de tomaatjes in de oven, ongeveer 35-40 minuten tot ze zacht en licht gekaramelliseerd zijn.

Rasp de schil van de citroen en meng met de ricotta en geraspte Parmezaanse kaas. Breng op smaak met peper en zout. Zet apart.

Kook de pasta volgens de aanwijzingen op de verpakking beetgaar in ruim water met zout. Giet af en vang een soeplepel kookvocht op en bewaar dit in een kommetje.

Hak ondertussen het brood tot grof kruim in een keukenmachine of hakmolen. Verhit een flinke scheut olijfolie in een koekenpan. Bak het broodkruim met de chilivlokken in circa 5 minuten goudbruin en krokant. Voeg halverwege de uitgeperste knoflook toe (zorg dat deze niet verbrandt, voeg eventueel wat meer olie toe).Schep de pangrattato uit de pan en laat uitlekken op keukenpapier.

Meng de geroosterde tomaatjes door de warme pasta. Voeg een scheutje kookvocht toe om het geheel smeuïg te maken en roer goed door.Verdeel over de borden, schep het ricotta-mengsel er overheen en bestrooi met de pangrattato. Garneer met de basilicumblaadjes.