Ghanese garnalensalade
hoofdgerecht voor 4 personen
Ingrediënten
120 gram garnalen, gepeld
1 teentje knoflook, geperst
1/2 theelepel plantaardige olie
2 hard gekookte eieren, in plakjes
1 bakbanaan, in tweeën
4 slablaadjes, in reepjes
2 tomaten, in stukken
1 paprika, in reepjes
1 avocado, in blokjes
Sap van 1 citroen
1 wortel, julienne gesneden
1 blikje tonijn, afgegoten
1 groene chilipeper, fijngehakt
2 eetlepels bosuitjes, fijngehakt
Zout & peper
Bereiding
Doe de garnalen met de knoflook en wat zout en peper in een kom. Verhit de olie in een kleine koekenpan en bak hierin de garnalen een paar minuten zachtjes. Schep ze op een bord.
Kook de ongepelde bakbanaan 15 minuten in een pan water. Laat hem afkoelen en snijd in plakken.
Schik de sla in een schaal. Verdeel de tomaat, paprika en avocado over de sla. Voeg de eieren, bakbanaan, garnalen en tonijn toe. Sprenkel de citroensap erover. Strooi de chilipeper en lente-ui erover en breng de salade op smaak met zout & peper.
De bakbanaan (ook wel kookbanaan of plantain genoemd) is een vrucht van planten uit het geslacht Musa en wordt gebakken of gekookt gegeten. Door het hoge zetmeelgehalte is de onrijpe, rauwe vrucht moeilijk verteerbaar. De bakbanaan is 30 tot 40 cm lang en heeft een harde schil. De kleur van de bakbanaan is groen, geel of roodachtig. In tropische landen is de bakbanaan een belangrijk onderdeel van de maaltijd, vergelijkbaar met de aardappels in Nederland.